ads
Abstract
menselijke activiteiten hebben een grote impact op de wereldwijde watercyclus. Door de bouw van dammen en irrigatiewerken worden grote hoeveelheden water onttrokken aan riviersystemen. Door de uitstoot van broeikasgassen die de opwarming van de aarde veroorzaken, worden ook de regenval en verdampingspatronen over de hele wereld veranderd. Het is echter nog steeds moeilijk om de huidige en toekomstige effecten op de mondiale watercyclus te kwantificeren vanwege de beperkte beschikbaarheid van gegevens, onvolkomenheden in het model en grote onzekerheden in klimaatprognoses. Om deze beperkingen gedeeltelijk te overwinnen gebruikten we een multi-model benadering om antropogene effecten op de wereldwijde watercyclus te bestuderen. Vier verschillende globale hydrologische modellen (H08, VIC, WaterGAP en Lpjml) werden geforceerd met een historische klimaatdataset (Watch Forcing Data) en bias gecorrigeerde output van drie verschillende globale klimaatmodellen (Echam, IPSL en CNRM) met behulp van twee emissiescenario ‘ s (A2 en B1). Daarnaast werd het LPJml-model ook uitgevoerd met twee verschillende scenario ‘ s voor landgebruik. Door de waterbeschikbaarheidssimulaties te combineren met de watervraagscenario ‘ s die binnen het Watch-project zijn ontwikkeld, hebben we ook de huidige en toekomstige waterschaarste geanalyseerd. Uit de analyses blijkt dat de huidige menselijke impact en de watercyclus vooral hoog zijn in Centraal-Azië, delen van Europa, het zuidwesten van de VS en het Murray-Darling Basin in Australië. Uit de modelvergelijking van het watergebruik in de landbouw en de vraag naar water bleek dat de verschillen in de totale mondiale vraag naar water en watergebruik relatief kleiner waren dan de verschillen in gesimuleerde beschikbaarheid van water. Alle modellen toonden aan dat agrarische waterextracties hoog zijn in Zuid-en Oost-Azië, met name in het noorden van India en Pakistan en in het noordoosten van China. De belangrijkste ruimtelijke verschillen tussen de verschillende modellen werden waargenomen voor Noord-China waar H08 een veel hogere waterbehoefte vertoonde dan VIC. Toekomstige analyses tonen aan dat de impact van klimaatverandering op de mondiale watercyclus potentieel groot is, vooral in de semi-aride regio ‘ s. Hoewel er aanzienlijke verschillen waren tussen de vier hydrologische modellen, voorspelden alle modellen in het algemeen dezelfde richting van verandering. Concluderend is uit de analyses gebleken dat zowel in de scenario ‘ s B1 als A2 het percentage van de watervraag in de landbouw dat niet door oppervlakte-en grondwater kan worden vervuld, zal toenemen. Het watertekort zal onder het A2-scenario veel groter zijn dan onder het B1-scenario. Concluderend geeft het gebruik van een multi-model benadering een robuustere kwantificering van mogelijke toekomstige antropogene effecten op de mondiale watercyclus.
Leave a Reply