toetreden tot het leger
toen de oorlog uitbrak in 1914, waren de meeste mensen in elk land voor het conflict, omdat ze geloofden dat de zaak van hun land een goede was. Bijna elk Europees land had een groot leger van dienstplichtige (wettelijk voorgeschreven) troepen klaar om de oorlog te vechten. Regeringen riepen op tot meer oorlogspropaganda in de vorm van overtuigende posters, die oorlog spannend en heldhaftig maakten. Groot-Brittannië had echter slechts een klein leger bestaande uit vrijwilligers. Op 6 augustus 1914 vroeg Lord Kitchener om 100.000 nieuwe rekruten. Hele straten en dorpen van gretige rekruten in de rij om zich aan te sluiten, en degenen die niet in aanmerking komen voor oorlog, zoals mannen die te jong waren, logen vaak over hun leeftijd. De meesten dachten dat ze met kerst thuis zouden zijn. Tegen het einde van 1915 waren bijna 2,5 miljoen soldaten vrijwilliger, maar er waren meer nodig om de uitgeputte rangen van soldaten te vullen. In januari 1916 werd de dienstplicht ingevoerd voor alle alleenstaande mannen van 18 tot 41 jaar. Sommige mensen die weigerden mee te doen kregen witte veren als teken van lafheid. Sommige religieuze groeperingen maakten bezwaar tegen de oorlog omdat ze geloofden dat het verkeerd was om te doden, terwijl andere mensen het niet eens waren met de redenen achter de oorlog en weigerden te vechten. Beide groepen stonden bekend als gewetensbezwaarden. Sommige bezetters dienden in niet-strijdende eenheden, zoals medische diensten.
Leave a Reply