dagelijks leven
tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog kende Canada (en vele andere landen) een babyboom die duurde tot in de jaren zestig. het aantal geboren baby ‘ s nam sterk toe,in tegenstelling tot de depreciatiejaren toen armoede veel mensen verplichtte zeer kleine gezinnen te hebben. Ook de immigratie nam weer toe, na jaren van zeer lage percentages tijdens de depressie en de Tweede Wereldoorlog. Als gevolg daarvan nam het percentage ouderen in Canada veel langzamer toe dan in de jaren dertig, en nam het in enkele jaren zelfs af, terwijl het aantal jongeren zich vermenigvuldigde.Na de Tweede Wereldoorlog zette het industrialisatieproces zich in Canada voort, maar in een langzamer tempo. De jaren vijftig en zestig in Canada waren voor een groot deel jaren van economische stabiliteit en welvaart. De prijzen stegen in het begin van de jaren vijftig met het einde van de koreaanse Oorlog, en de buitenlandse handel nam snel toe. Het snelst groeiende deel van de economie werd de dienstensector, met inbegrip van vele professionele en kantoor functies, ook bekend als”witte boorden” banen. Deze betaalden meestal hogere salarissen dan die in de industrie, zodat meer mensen zich nu konden veroorloven om te sparen voor pensioen.
ook de kracht en de invloed van de vakbonden bleven toenemen. In 1956 sloot het Canadian Congress of Labour zich aan bij het Trades and Labour Congress en werd het Canadian Labour Congress. Het Canadese Arbeidscongres bleef een voortrekkersrol vervullen in de strijd voor bijdragebetaling van pensioenen, hetgeen leidde tot de invoering van het Canadese pensioenplan.
ondanks deze welvaart hebben tal van sociale problemen het land nog steeds geteisterd. Naarmate de economische groei aan het eind van de jaren vijftig afnam, kreeg het vraagstuk van de sociale zekerheid opnieuw een prominente plaats en werden nieuwe initiatieven genomen om Canadezen te helpen op oudere leeftijd en in perioden van werkloosheid en ziekte. De werkloosheidsuitkering werd in 1956 vastgesteld ter aanvulling van het werkloosheidsverzekering programma dat in 1940 werd gestart. Voor 1957 bestonden er geen nationale medische verzekeringsprogramma ‘ s, en naarmate de medische technologieën verbeterden,werden de kosten van behandeling voor veel mensen steeds onbetaalbaarder. In 1957 verbeterde de invoering van de nationale ziekenhuisverzekering de situatie.
de voordelen van deze nationale sociale programma ‘ s hebben bijgedragen tot de ontwikkeling van een wijdverbreid geloof onder veel mensen dat alle Canadezen een basisniveau van gegarandeerde economische zekerheid kunnen en moeten krijgen. Als gevolg daarvan groeide de kritiek op de bestaande programma ‘ s gestaag. Het fonds dat door de Ouderdomszekerheid, de Blindenwet van 1951 en de Gehandicaptenwet van 1954 werd verstrekt, werd geleidelijk als ontoereikend beschouwd voor senioren en gehandicapten. De brede steun van de overheid voor initiatieven op deze gebieden heeft mede invloed gehad op het besluit van de federale regering in het begin van de jaren zestig om een grondwetswijziging te zoeken om mensen met een handicap samen met jonge overlevenden van bijdragers aan het pensioenplan van Canada op te nemen. Het oorspronkelijke ontwerp had alleen betrekking op oudere overlevenden als gevolg van de ouderdomsgrens in de versie van 1951 van sectie 94A van de Canadese grondwet.
Leave a Reply